Europeana 1914–1918: De ontwikkeling van een digitaal pan-Europees archief over de Eerste Wereldoorlog

Ad Pollé, senior Projects Co-ordinator bij Europeana, schrijft in deze bijdrage over het Europese digitaliseringsproject Europeana 1914–1918. Hij schrijft over de Nederlandse campagne voor het project, en over de betekenis van de Eerste Wereldoorlog voor het neutrale Nederland.

“Zou de Nederlandse samenleving er zonder de Eerste Wereldoorlog anders uitzien?” Op deze vraag probeerde historicus Thomas von der Dunk op 12 maart 2014 in de Koninklijke Bibliotheek in Den Haag een antwoord te geven in het even scherpe als vermakelijke betoog dat hij hield tijdens de officiële start van de Nederlandse Europeana 1914–1918 campagne.

Net als in meer dan twintig andere Europese landen werd ook in Nederland naar aanleiding van honderd jaar Eerste Wereldoorlog opgeroepen om zoveel mogelijk brieven, dagboeken, foto’s en andere persoonlijke herinneringen aan de Eerste Wereldoorlog bij te dragen aan de website www.europeana1914-1918.eu.

Om deze mogelijkheid ook te bieden aan mensen die niet zelfstandig een item kunnen uploaden, organiseerde Europeana op verschillende plaatsen in Nederland zogenoemde collectiedagen waar de meegebrachte documenten en objecten ter plekke werden gedigitaliseerd en de bijbehorende verhalen werden opgetekend.

De Nederlandse collectiedagen vonden plaats in 2014. De eerste vond in maart plaats bij Huis Doorn, gevolgd door Museum Het Markiezenhof in Bergen op Zoom (april ) en het Maritiem Museum in Rotterdam (mei). In het najaar volgden nog een aantal collectiedagen in het kader van de Maand van de Geschiedenis: in Leeuwarden, georganiseerd door Tresoar, in Gouda, door het Streekarchief (Midden-Holland) en in Amersfoort door Archief Eemland. De reeks werd beëindigd met een collectiedag in het Vredespaleis inDen Haag (november). In totaal werden de Nederlandse collectiedagen bezocht door bijna vijfhonderd personen en werden meer dan tweehonder persoonlijke verhalen bijgedragen.

Voorbeeld van ingebracht materiaal. © Europeana 1914–1918 / fam. Segers

De uiteenlopende verhalen laten zien dat de Eerste Wereldoorlog zeker niet onopgemerkt aan ons neutrale land voorbij is gegaan. Allereerst zijn er natuurlijk de bekende verhalen over de vele Belgische vluchtelingen die in ons land in de eerste maanden van de oorlog een veilig verblijf vonden.

Daarnaast kan men uit tal van bijdragen opmaken dat Nederland een zeker economische belang had door neutraal te blijven. Von der Dunk typeerde dit treffend als “de angst de bloembollenexport te schaden”. Volgens hem had Nederland zonder ‘14-’18 minder van andermans noden geprofiteerd en er na afloop financieel wat slechter voorgestaan. Een verhaal dat dit illustreert is dat van een grootvader […] die tijdens de Eerste Wereldoorlog tot tweemaal toe naar Moskou is geweest voor de bloembollenhandel en dankzij zijn Nederlandse paspoort de gelegenheid had vrij te reizen.

Keizer Wilhelm in Eijsden
Opnamen van de commotie op station Eijsden veroorzaakt door de komst van de Duitse keizer Wilhelm II

En dan is er natuurlijk het verhaal van de Duitse Keizer. Op de site zijn opnamen te zien van de commotie op station Eijsden die werd veroorzaakt door de aankomst van de Wilhelm II. Een gebeurtenis die hierbij aansluit ishet verhaal van “Nol” Schepers. Schepers was er destijds bij in Eijsden, als dienstplichtig soldaat was hij ingedeeld bij de grensbewakingstroepen. Samen met de andere aanwezige soldaten werd hem opgedragen een erehaag te vormen. Op het moment dat keizer Wilhelm over het perronnetje voorbij paradeerde, werden de soldaten geacht hem groeten. Schepers weigerde echter en bleef strak in de houding staan. Vanwege deze insubordinatie moest Schepers zich daags na het incident melden bij zijn bevelvoerend officier.

“Ik salueer niet voor een mof!”
Het verhaal van Arnoldus ‘Nol’ Schepers over zijn weigering te salueren naar Keizer Wilhelm II.

Tenslotte is het verhaal van Ype de Jong tekenend voor de dagelijkse, typisch Nederlandse gang van zaken die in de meeste gevallen ongehinderd bleef doorgaan. Ype, de grootvader van de inbrenger tijdens de collectiedag in Leeuwarden, was gedurende zijn mobilisatietijd gelegerd in Loon op Zand (Noord-Brabant). In 1916 kreeg hij drie dagen verlof om de Elfstedentocht te fietsen.

Voorbeeld van ingebracht materiaal. © Europeana 1914–1918 / K. Schram-De Boer

Europeana 1914–1918 is een uniek online project dat materiaal over de Eerste Wereldoorlog afkomstig van bibliotheken en archieven uit de hele wereld combineert met herinneringen en objecten afkomstig van families uit Europa. Dit materiaal wordt zodoende toegankelijk gemaakt. Via de website Europeana 1914–1918 kan iedereen — bijvoorbeeld docenten, (vrijetijds)-historici, studenten en journalisten — verhalen, films en historisch materiaal over de Eerste Wereldoorlog ontdekken. Daarbij kan iedereen zelf bijdragen aan dit online archief door eigen materiaal dat met de Eerste Wereldoorlog te maken heeft, te uploaden op de website. De afgelopen drie jaar hebben vijftig instellingen uit meer dan twintig landen, en duizenden mensen uit heel Europa, bijgedragen aan dit project. Hierdoor ontstaat een digitaal pan-Europees archief over de Eerste Wereldoorlog. Voor meer informatie: www.europeana1914-1918.eu