Voor het eerst is er een Nederlandse vertaling verschenen van het indrukwekkende boek 'Testament of Youth' (Testament van de jeugd) van de Britse auteur Vera Brittain. Sam van den Eijnden recenseerde dit boek voor EersteWereldoorlog.nu.

Omslag van 'Testament van de jeugd'

door Sam van den Eijnden

‘Dit was nu al een andere wereld dan ik had gekend in de afgelopen vier ellenlange levensjaren’, schreef Vera Brittain (1893-1970) toen de Eerste Wereldoorlog tot een eind kwam. ‘Een wereld waarin mensen vrolijk zouden zijn en geneigd tot vergeten. (…) De oorlog was voorbij, er brak een nieuw tijdperk aan; maar de doden waren dood en zouden nooit terugkeren.’ In haar autobiografische werk Testament of Youth, dat in 1933 verscheen, bood Brittain een uniek inzicht in de belevingswereld van een jonge vrouw én die van de Engelse middenklasse aan de vooravond van en tijdens de Eerste Wereldoorlog. Nu the Great War een eeuw geleden achter ons ligt, is deze klassieker voor het eerst in het Nederlands vertaald.

Huwelijkskandidaat

Brittain groeide op in een welgesteld gezin even ten zuiden van Manchester. In 1914 is Vera twintig jaar oud en wil ze – net als haar broer Edward – niets liever dan studeren aan de prestigieuze universiteit van Oxford. Waar de wens van Edward als volkomen logisch wordt beschouwd, zijn hun ouders minder enthousiast over het vooruitzicht van Vera in de studiebanken. Een geschikte huwelijkskandidaat vinden, dat zou haar prioriteit moeten zijn. In dagboekfragmenten, die een belangrijk onderdeel van Testament van de Jeugd vormen, beschrijft Vera hoe ze tijdens het debutantenseizoen in de mooiste kleding van dansfeest naar dansfeest gaat; ‘een test van de vaardigheden van huwbare jonge vrouwen’. Terwijl een groot deel van de Engelse samenleving afwijzend staat tegenover de studerende en werkende vrouw, zet Vera door en voelt ze zich aangetrokken tot onafhankelijke vrouwen, die al dan niet heimelijk feministe (suffragette) zijn.

Vera Brittain in 1915 als verpleegster tijdens de Eerste Wereldoorlog

Kort nadat Vera haar ouders toch weet te overtuigen en ze naar Oxford vertrekt, breekt de Eerste Wereldoorlog uit. In haar schrijven is ze pijnlijk eerlijk over haar emoties op dat moment. ‘Toen de Grote Oorlog uitbrak, kwam dat niet op me over als een ongekende tragedie, maar als een uiterst ergerlijke verstoring van mijn eigen plannen. (…) Via wat toen een heel lange strijd leek, had ik mezelf een ontsnappingsweg uit mijn gehate provinciale gevangenis bevochten – en nu werd mijn moeizaam verkregen weg naar de vrijheid afgesloten door een Servische bom die aan de andere kant van Europa naar een Oostenrijkse aartshertog was gegooid.’

algehele atmosfeer van onmenselijkheid

Net als zoveel andere jonge mannen nemen broer Edward en zijn vriend Roland Leighton – Vera’s geliefde en later verloofde – dienst in het leger. Briefwisselingen tussen Vera en Roland geven krachtig weer hoe ingrijpend een oorlogssituatie is: niet alleen voor degene aan het front, maar ook voor de achterblijver. Onbegrip, wekenlange onzekerheid, spijt en gevoelens van hevige verliefdheid wisselen elkaar snel af. Om zich in oorlogstijd ook nuttig te maken, verruilt Vera haar veilige bestaan als student voor dat van een vrijwillige verpleegster. In verschillende ziekenhuizen ziet ze veel van het ‘echte leven’, naar eigen zeggen zelfs te veel. De verschrikkelijke verwondingen en de ‘algehele atmosfeer van onmenselijkheid’ schrikken haar echter niet af en Vera laat haar ouders weten dat niets anders dan pure noodzaak haar zou stoppen. ‘Ik wilde bewijzen dat ik door te werken min of meer op eigen benen kon staan, en omdat ik geen man ben en niet aan het front kan dienen, wilde ik datgene doen wat daar het dichtstbij komt.’

Over het leven van Vera Brittain werd ook een film gemaakt die in 2014 verscheen:

Tijdens de oorlog blijft Vera weinig leed bespaard. Haar enige broer Edward, haar geliefde Roland en twee van haar beste vrienden komen om het leven. Hoewel deze gebeurtenissen als vanzelfsprekend een enorme impact op haar hebben, toont ze veerkracht. Na de oorlog keert ze terug naar Oxford om verder te studeren; niet omdat ze dit nu zo graag wil, maar omdat dit ‘het enige leek wat nog restte uit de wrakstukken van het verleden’. Terwijl Vera zich met moeite aanpast aan de naoorlogse situatie, waarin de vrede uitbundig wordt gevierd, zet ze zich meer en meer in voor de maatschappij. Na het behalen van haar diploma komt ze onder andere als universitair docent en journalist op voor de feministische zaak, maar is ze misschien nog wel sterker overtuigd pacifist.

Relevant

Bijzonder aan dit boek is dat het niet moeilijk is om je als lezer te verplaatsen in de hoofdpersoon, ondanks een afstand in plaats, tijd en situatie. Onderwerpen als vrouwenkiesrecht en loopgravenoorlog mogen dan (gelukkig) verder van ons af staan dan voor de eerste lezers in 1933, maar aan overtuigingskracht heeft Testament van de Jeugd niets ingeboet. Deels komt dit door de manier waarop Brittain haar verhaal heeft neergezet. Ook in deze Nederlandse vertaling blijft de balans tussen haar vaak literaire schrijfstijl en het inhoudelijke verloop van de oorlog goed overeind. Daarnaast zijn de grotere thema’s die Brittain behandelde – denk bijvoorbeeld aan zingeving, gelijkheid en het nut van oorlog – tijdloos. Op deze manier is Testament van de Jeugd honderd jaar na de Eerste Wereldoorlog niet alleen nog steeds een interessant, maar ook een zeer relevant werk.

WINACTIE

EersteWereldoorlog.nu mag twee exemplaren verloten van Testament van de jeugd. Beantwoord de vraag Hoe heette de broer van Vera Brittain? en stuur je antwoord naar communicatie@eerstewereldoorlog.nu.

Boekinformatie

Testament van de jeugd - Vera Brittain (De Bezige Bij 2016) ISBN 978 90 234 9772 1, 640 p.

Sam van den Eijnden (1989) studeerde Maatschappijgeschiedenis aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Zijn masterscriptie schreef hij over de Europese herdenking van honderd jaar Eerste Wereldoorlog. Sam werkt als onderzoeker-schrijver bij historisch onderzoeksbureau Stad en Bedrijf in Rotterdam.