In 1916 verscheen in dagblad 'Het Leven' een artikel over een modern oorlogswapen: de handgranaat. Op de Kemperheide bij Arnhem werd door de Nederlandse militairen geoefend met verschillende soorten handgranaten.

door Jeanine van den Heuvel (EersteWereldoorlog.nu)

Geschiedenis van de granaat

De Eerste Wereldoorlog was de eerste oorlog waarin de moderne handgranaat op grote schaal werd gebruikt, hoewel de eerste vermelding van granaten al stamt uit de achtste eeuw. De Engelsen gebruikten het wapen al vóór de Eerste Wereldoorlog, onder andere in de Krimoorlog in 1853, toen een Britse alliantie tegen het keizerrijk Rusland vocht.

Aan het begin van de Eerste Wereldoorlog gebruikten de Engelsen en Duitsers al handgranaten. Deze werkten echter niet erg goed en werden daarom ook vaak door de troepen zelf aangepast. In 1915 ontwikkelde de Engelse William Mills een nieuwe handgranaat, die hij naar zichzelf noemde: de Mills bom. Deze granaat was een stuk veiliger en had een pin, die voor het gooien uit de granaat gehaald moest worden.

De Duitsers gebruikten vanaf 1915 een andere granaat: de Stielhandgranate (steelhandgranaat). Deze granaat leek op een ananas en werd ontstoken door middel van een pin. Deze techniek was in andere Europese landen onbekend. De Nederlandse soldaten maakten gebruik van de eihandgranaten en een handgranaat met een polsband. De eihandgranaat werd zo genoemd omdat de vorm ervan op een ei leek.

Een Nederlandse soldaat oefent met een exercitiehandgranaat. Bron: Het Leven

Granaten in Nederland

In 1916 deed dagblad Het Leven verslag van een training met handgranaten. Op de Kemperheide oefenden de Nederlandse militairen met het gooien van handgranaten. Hoewel Nederland neutraal was in de Eerste Wereldoorlog, wilden zij toch voorbereid zijn op een eventuele inval.

Ene Luitenant Pieper schreef het artikel met de vermelding dat het stuk "met bijzondere toestemming van de opperbevelhebber, Generaal Snijders" tot stand was gekomen. In het artikel schrijft Pieper over de handgranaat, die "vooral nuttig is gebleken nu de oorlog een positieoorlog is geworden, waarbij de legers elkaar op korten afstand achter zware dekkingen bevechten." De term positieoorlog is later omgedoopt tot loopgravenoorlog.

Een ontploffende handgranaat op de Kemperheide. Bron: Het Leven

Snelheid en gemak

Ook maakt Pieper melding van de snelheid en het gemak van de handgranaat. Wanneer de aanvaller een handgranaat op de vijand gooit, kan hij daarna meteen weer in de loopgraaf duiken. De vijand ziet de granaat naast zich landen en kan daarna pas terugvuren, terwijl de soldaat alweer in zijn loopgraaf zit. Daarnaast kunnen de handgranaten ver gegooid worden, zo stelt Pieper: "De afstand van 25 à 30 meter is na eenige oefening gemakkelijk te bereiken."

Een Nederlandse soldaat oefent met handgranaten. Bron: Het Leven

Handgranatenscholen

Het vereiste van een militair veel oefening om de handgranaat te kunnen gebruiken. Daarom richtte de Nederlandse overheid handgranatenscholen op. Hier kregen de Nederlandse militairen les over handgranaten en oefenden ze met het wapen. Op de foto’s is te zien hoe de soldaten oefenen met schokhandgranaten en exercitie-granaten. Ook moesten de soldaten oefenen met het gooien van handgranaten op een doel. Een handgranaatinstructeur leerde de soldaten hoe zij dit moesten doen. Wanneer de soldaat meer ervaring had, kon hij met zwaardere handgranaten voortgezet oefenen. Bij het voortgezet oefenen, oefende de soldaat met schokhandgranaten. Het gebruik van schokhandgranaten vereiste meer ervaring en was daarom beperkt tot de ervaren soldaten.

Een soldaat gooit met een schokhandgranaat. Bron: Het Leven

Perspectief

De granaten die het Nederlandse leger gebruikte, waren redelijk oud. Luitenant Pieper meende echter dat het Nederlandse leger zich bij een naderende inval goed kon verdedigen tegen de vijand: "zoo zien we Nederland dus ook weer meedoen met het allernieuwste op het gebied van oorlogswerktuigen en zoodanig dat op de snelste manier het geheele leger flink geoefend wordt en er vertrouwd mede is." Of dat werkelijk zo was, is nooit gebleken. Een jaar later werd een wapenstilstand gesloten en eindigde de oorlog.