door Fabian Vendrig

”Tamo daleko” (Servisch voor “daar ver weg”) is een Servisch liedje over de Eerste Wereldoorlog. Het liedje is zeker van toepassing op Radosav Jovičić, een Servische WOI-soldaat, die in het verre Nederland overleed. Hij werd geboren in Veliki Borak in 1888, een dorp veertig kilometer ten zuiden van Belgrado in Servië. Hij was een zoon van Kostadin Jovičić die vier zonen had. Toen het Oostenrijks-Hongaarse Rijk op 28 juli 2914 de oorlog verklaarde aan Servië dienden alle zonen van Kostadin hun land. 

Uitzicht vanuit Veliki Borak, Servië 11 juni 2017

Radosav werd op een gegeven moment krijgsgevangen gemaakt en naar een Oostenrijks-Hongaars krijgsgevangenenkamp getransporteerd gevolgd door een Duits kamp. Nadat de wapenstilstand op 11 november 1918 was getekend werden veel krijgsgevangenen via Nederland vervoerd terug naar huis. Het is niet bekend wanneer Radosav in Dordrecht arriveerde, maar hoogstwaarschijnlijk was hij één van de 66 zieke soldaten (de Spaanse Griep was uitgebroken) die vanuit Nijmegen naar Dordrecht werden vervoerd en die aankwamen op 15 Januari 1919.

De Spuihaven te Dordrecht, 1919 Bron:www.dordtsekaart.nl/geschiedenisuitgelicht.html

Volgens zijn officiële Nederlandse overlijdensakte stierf Radosav rond 05.00 uur op 26 Januari 1919. Alle vijftien Servische soldaten die in Dordrecht overleden, werden in Dordrecht met militaire eer begraven op de algemene begraafplaats. In totaal overleden in Nederland 91 Servische soldaten die vochten in de Eerste Wereldoorlog.

Radosav’s graf werd opgegraven op 11 Mei 1938 en getransporteerd naar Nijmegen. Dat gebeurde samen met de andere graven van Servische WOI-soldaten in Nederland. Op zijn opgravingsrapport staat - naast zijn persoonlijke data - dat zijn overblijfselen in een zinken kist met nummer 57 zijn geplaatst en dat hij in het mausoleum in Jindřichovice (Tsjechoslowakije) bijgezet is. Het transport verliep vanuit Nijmegen via de Nederlands/Duitse grens bij Wyler/Kranenburg. Radosav vond zijn laatste rustplaats in Jindřichovice tezamen met 7.658 andere Servische soldaten en 189 Russische soldaten (zoals berekend op 1940).

Pas in 2017 kwam de familie erachter wanneer en waar Radosav was overleden en waar zijn laatste rustplaats was. Eerder was het onderzoekers gelukt de familie te achterhalen met hulp van de beheerder van een plaatselijk website. In de kerk van Leskovac, een dorp ten zuiden van Veliki Borak, bevindt zich een herdenkingsplaquette met de namen uit de conflicten van de periode 1912-1919 (De Eerste en Tweede Balkanoorlog en de Eerste Wereldoorlog).

Tevens is op de begraafplaats een monument opgericht voor Radosav met de volgende tekst: “Dit monument is opgericht voor Radosav Jovičić die dertig jaar leefde. Overleed in Nederland in 1918. Monument is opgericht door zijn zonen Ivan & Milutin en zijn kleinkinderen Miodrag & Milorad en zijn vrouw Roksa, V.Borak” (vertaald vanuit het Servisch).



11 juni 2017: In het midden het monument voor Radosav op de begraafplaats te Veliki Borak. Links een monument voor zijn zoon Ivan en rechts voor zijn vrouw Roksa

De familie Jovičić uit Veliki Borak weet nu eindelijk meer over het lot van van hun betovergrootvader en oudvader die in Nederland overleed. Radosov is niet langer één van de miljoenen die stierven tijdens de Eerste Wereldoorlog, maar hij is nu een persoon met een familie die hem niet zijn vergeten.

De kerk te Leskovac (Kolubari), Servië, 04 maart 2017

Fabian Vendrig is sinds 2014 woonachtig in Belgrado en onderzoekt, samen met zijn vrouw Tanja en vriend John Stienen uit Den Haag, het lot van de 91 Servische soldaten die tijdens de Eerste Wereldoorlog in Nederland overleden. Meer informatie op hun website www.secanje.nl.